Arnold Schönbergs Gurre-Lieder

Arnold Schönberg werd 150 jaar geleden geboren. Dat viert het Concertgebouworkest met een bijzondere uitvoering van zijn Gurre-Lieder. De cantate vormt een kroon op de Laatromantiek, maar wordt vanwege zijn massieve bezetting zelden uitgevoerd. Het Concertgebouworkest voerde het werk in 1921 twee keer uit onder leiding van de componist. Ruim een eeuw later klinkt de grootse en meeslepende cantate onder leiding van eredirigent van het Concertgebouworkest Riccardo Chailly.

Riccardo Chailly

Riccardo Chailly zet zich al vele jaren in voor de muziek van Arnold Schönberg en dirigeerde in zijn tijd als chef van het Concertgebouworkest regelmatig diens muziek, maar aan de Gurre-Lieder kwam hij in Amsterdam niet toe. Schönbergs Gurre-Lieder stonden hoog op zijn verlanglijst – vanwege de uitdaging om het enorme uitvoeringsapparaat bij elkaar te houden, maar vooral vanwege de prachtige muzikale details. Op het Deense middeleeuwse kasteel Gurre voltrekt zich een liefdestragedie rondom koning Waldemar en zijn minnares Tove. Onder de vele hoogtepunten zijn het Lied van de Woudduif en de orkestrale verklanking van Waldemars ondode vazallen die rammelend aan hun kettingen door het kasteel stormen.