Kerstrecital Regina Albrink: Beethoven, Chopin en Gottschalk

Chopin en Beethoven

Chopins nocturnes zijn meesterlijke ontboezemingen. Zo te horen 'voor de vuist weg', maar bij nadere bestudering vol met de meest subtiele tegenstemmen. Prachtig, daar is men het tegenwoordig wel over eens. Die zouden we best wat vaker willen horen! De Fantaisie-impromptu daarentegen hoort bij de meest gespeelde pianomuziek. Aangenaam tegendraads, is het stuk veel beter dan sommigen wilden beweren. Opus 26 van Beethoven is de sonate met de treurmars. Voor een 'held', maar wie dat geweest mag zijn, is niet duidelijk. Het laatste deel is als een perpetuum mobile: een voortdurende beweging, nauwelijks te stoppen, en uiterst dankbaar voor een moderne luisteraar.

Gottschalk

Voor wie even wat anders wil (die mensen had je vroeger ook) is er Gottschalk, uit Louisiana. Tot het conservatorium van Parijs werd hij niet toegelaten omdat men Amerika een land vond van stoommachines, niet van pianisten. Maar spelen kon hij, en componeren ook. Heel Europa heeft van zijn composities gedreund. The Last Hope heeft het gebracht tot een van de bekendste kerstliederen van de Verenigde Staten, ook gezongen door Nederlandse koren.