Toegift: Frans Picavet
di 12 nov 2019 - 2 minuten leestijd - Tekst: Joost Galema
Frans Picavet (1934) komt al bijna zeventig jaar in Het Concertgebouw. ‘Het is een plek van samen ademen en luisteren, van mensen verbinden.’
Onderdeel van
De dood waarde rond bij zijn eerste bezoek aan Het Concertgebouw. Mozarts Maurerische Trauermusik, Mahlers Der Abschied uit Das Lied von der Erde, Bachs koraal ‘Wenn ich einmal soll scheiden’ uit de Matthäus-Passion en de Eroica van Beethoven, met zijn indrukwekkende begrafenismars. ‘Het was 31 maart 1951 en het Concertgebouworkest herdacht de pas gestorven Willem Mengelberg, de dirigent die de Grote Zaal een halve eeuw regeerde, maar de laatste zes jaar van zijn leven als balling in Zwitserland zat, omdat Nederland hem te nazi-vriendelijk vond in de oorlog.
Ik was zeventien en las over zijn dood in de kranten. Nieuwsgierig ging ik naar de uitvaartdienst in de Sint-Willibrordus buiten de Veste, en daarna in de middag naar het concert. Dat maakte een onvergetelijke indruk. Het bleek een goede dag om de magie van Het Concertgebouw te ontdekken. Na mijn pensionering werden de Grote en Kleine Zaal een huiskamer voor me. Ik kom er zeker zo’n honderd keer per jaar.’
‘Ik heb geen vrouw en kinderen. De opbrengst van mijn huis in Amstelveen laat ik na aan Het Concertgebouw, uit dankbaarheid voor alle mooie ervaringen die ik ook anderen van harte gun. Als amateur-koordirigent leerde ik de verbindende kracht van muziek kennen. En dit monument herinnert ons hier elke dag aan, het is een tastbaar symbool van het samen ademen en luisteren. Afgelopen zomer genoot ik vooral van de vele jeugdorkesten, tieners vaak nog, die bewezen dat Het Concertgebouw voor en van alle generaties is. Maar dat kan alleen wanneer we deze plek met zijn allen in stand houden.’
Meer informatie over Het Concertgebouw Fonds vindt u op concertgebouwfonds.nl.