Ontdek
  1. Zoeken
  2. Concerten
  3. Menu
  4. Inloggen
Eduarduslee 20220822 michel brandjes 018

Pianostemmer Michel Brandjes: ‘De lens, die stel ik scherp, de pianist maakt de foto’

vr 29 nov 2024 - 4 minuten leestijd - Tekst: Liesbeth Houtman - Foto: Eduardus Lee

Pianostemmer Michel Brandjes is kind aan huis in Het Concertgebouw. Daarnaast reist hij de wereld over om voor de allergrootste pianisten hun vleugels in orde te maken. ‘De Steinway is net een sudoku. Als alles op zijn plek valt, heb ik de puzzel opgelost.’

Met Michel Brandjes kan je makkelijk uren kletsen over zijn geweldig mooie vak. ‘Het is vreselijk leuk. Ook na veertig jaar verveelt het geen moment.’ En hij leert nog elke dag bij, voegt hij er glunderend aan toe.

De techniek van de piano fascineert hem mateloos. Om een voorbeeld te geven: hoe komt het dat op dezelfde Steinway elke pianist anders klinkt? Inmiddels denkt Brandjes het antwoord te weten. ‘De Steinway is net een sudoku. Als alles op zijn plek valt, heb ik de puzzel opgelost. En dan bedoel ik dat ik het mechaniek zo heb afgesteld dat het toucher van de pianist optimaal tot zijn recht komt. De verschillen zijn minimaal. Een toets kan je maximaal tien millimeter indrukken. Tien millimeter waarin de pianist zich kan onderscheiden van een ander.’

Michel Brandjes c Eduardus Lee

Oceanen van klank

De liefde voor de piano kwam hem al jong aanwaaien. ‘We hadden vroeger thuis drie klassieke platen in de kast staan: Beethovens Eerste, Derde en Vijfde pianoconcert. Ik zat op mijn knietjes achter de pick-up. Die volle oceanen van klank, prachtig vond ik dat.’

De grote pianisten waren in het internetloze tijdperk net aliens

‘Later, toen ik mijn eerste bijbaantje had, verzamelde ik platen. Je kent ze wel, die platenhoezen met van die iconische foto’s. De grote pianisten waren in het internetloze tijdperk net aliens. Zo leerde ik een jonge Martha Argerich kennen, een jonge Radu Lupu, Nelson Freire, Alfred Brendel...’ Allemaal pianisten met wie hij later heeft samengewerkt. ‘Dat had ik op dat moment niet kunnen bedenken.’

Michel Brandjes en Mitsuko Uchida c Ronald Knapp

Michel Brandjes en Mitsuko Uchida in de Grote Zaal, maart 2009 © Ronald Knapp

Aftandse piano

Op zijn zestiende ging hij voor het eerst naar een concert. Vladimir Askenazy speelde Beethoven in de Grote Zaal, het maakte diepe indruk. Hij had toen net een paar jaar pianoles. ‘Thuis in Uitgeest hadden we een wat aftandse piano staan. De stemmer durfde er zijn handen niet aan te branden. Haperde er iets, dan ging ik zelf knutselen met de sleutels uit mijn vaders werkplaats.’

Met zijn pianoleraar van toen maakt Brandjes nog wekelijks een wandelingetje door de duinen van Castricum. ‘Hij was degene die tegen mij zei: “Zou je niet pianostemmer willen worden?”' Brandjes volgde de vakopleiding in Amsterdam, ging aan de slag bij pianohandel Ypma in Alkmaar en mocht als eerste in de leer bij Steinway in Hamburg.

Maria João Pires

Eind jaren tachtig werkte hij voor het eerst in Het Concertgebouw. Juist in die tijd startte de serie Meesterpianisten, tegenwoordig de Grote Pianisten. Zo leerde hij Maria João Pires kennen. ‘Ik viel in bij een opname van haar. Vervolgens zei ze: “Ga met me mee naar Montpellier.” Vanaf dat moment ben ik begonnen met reizen.’ Al gauw vroegen ook grootheden als Alfred Brendel, Radu Lupu, Daniel Barenboim en Mitsuku Uchida hem.

Michel Brandjes c Eduardus Lee
Ik leerde van Pires dat je één enkele toon niet alleen harder of zachter kan spelen, maar ook van klank kan veranderen

Van Pires kreeg hij pianoles. Ze woonde destijds in een oude vallei op de grens van Portugal en Spanje, herinnert Brandjes zich. ‘Het leek wel een Turkse gevangenis, zo afgelegen was het.’ Daar tussen de olijfbomen kwam hij tot wijze inzichten. ‘Ik leerde van haar dat je één enkele toon niet alleen harder of zachter kan spelen, maar ook van klank kan veranderen.’ Een openbaring die hem inspireerde tot zijn spreekwoordelijke sudoku.

Zenuwachtig

Sommige pianisten weigeren te spelen als niet Brandjes hun vleugel heeft geprepareerd. Waarom willen ze juist hem? Aarzelend: ‘Ik weet dat niet goed. Voor mijn gevoel moet ik iedere keer opnieuw het vertrouwen winnen. Die pianisten zijn ontzettend zenuwachtig voor hun solorecital. Juist de grote poëten. Dan zoeken ze de stabiele factoren. Als het vorige keer goed is gegaan, vragen ze me weer. Je moet mijn aandeel niet overdrijven. Ik zorg ervoor dat er een statische situatie is. Vergelijk het met fotograferen: de lens, die stel ik scherp, de pianist maakt de foto.’

‘Zeg, je zet toch niet als kop boven het stuk dat al die pianisten zo vreselijk zenuwachtig zijn? Dat is niet het beeld dat ik wil schetsen. Maar de druk is enorm. Dat merk ik als ik met hen op reis ben. Het zijn bepaald geen feestgangers, ze sluiten zich af, hebben rust nodig om zich te concentreren.’

Michel Brandjes c Eduardus Lee

Kind in een speeltuin

Een vleugel is behoorlijk bedrijfszeker, stelt Brandjes. ‘Als je alles goed instelt kan er niet zoveel fout gaan.’ Hij geeft drie klopjes op tafel. Uit al die jaren schiet hem maar één incident te binnen. ‘Ivan Moravec had last van een piepend pedaal. Ik had er een plakkertje omheen gedaan. Tijdens het concert begon dat af te slijten en aan zijn schoen te kleven. Hij stopte met spelen en vroeg: “Can Michel Brandjes please come up here to take something off the pedal?” Ik vloog de trap van de Grote Zaal af om het op te lossen.’

Eigenlijk ben ik nog altijd het gretige jongetje van destijds

Thuis in Amstelveen heeft hij twee Steinways staan. ‘Mijn vrouw is pianiste. We hebben ons huis eromheen gezocht.’ Zo gek als vroeger, toen hij nachten doorwerkte, is hij niet meer. Maar zodra hij de klep van een vleugel opendoet, voelt Brandjes zich kind in een speeltuin. ‘Eigenlijk ben ik nog altijd het gretige jongetje van destijds.’

Onderdeel van

Bekijk ook eens